‘Ik wil nog eens een bandje waarin echt goede
muzikanten zitten, maar die ook vrienden zijn.’ Dat zegt hij op een dag tegen
zijn buurman Bas van den Booren. Bas is niet alleen zijn buurman maar ook een
van de muzikanten met wie hij al op zeventienjarige leeftijd in een bandje zit.
Hun vriendschap dateert dus al van bijna een halve eeuw terug.
Initiatiefnemer Bert zegt het niet tegen dovemansoren.
Bas wil wel. Nu de rest nog. Er wordt druk rondgebeld en al snel blijkt dat er
in de vriendenkring voldoende topmuzikanten zijn te vinden die het willen
nazeggen: “Yes. Let’s play the blues, guys!”.
Bert is drummer en zijn leven is muziek. De baan bij de
spoorwegen doet hij erbij. Hij speelt in een keur aan bandjes, maar trekt ook
als geluidsmixer door het land. In het vooronder van zijn woonschip realiseert
hij daarnaast een professionele opname- en geluidsstudio. Menige band van naam
heeft de studio weten te vinden.
Ook is hij een van de initiatiefnemers en aanjager van
de succesvolle Top-2000, the best of… in de Bossche muziektempel Willem
II.
Zich zijn jeugdjaren herinnerend, toen hij samen met
broer Paul – bassist – thuis oefende, zegt hij: ‘God, man, wat maakten we een lawaai.
Op een gegeven moment stond er een woedende buurman aan de deur: “Kan die
teringherrie eens afgelopen zijn?” Ja, ja, zeiden we dan. De volgende dag gingen
we weer vrolijk verder.’